Nationale omgevingsvisie over leefomgeving ouderen

Markt - Foto: barcellosalice (Pixabay)De inbreng van Kamerlid Gerrit Jan van Otterloo bij de commissievergadering Nationale omgevingsvisie (NOVI) met minister Ollongren van Binnenlandse Zaken:

“De definitieve NOVI is een belangrijk visiedocument. Het zal gebruikt moeten worden als onderlegger voor vele belangrijke beleidsbeslissingen de komende jaren. Misschien wel voor decennia. Anderzijds mogen we hopen dat het niet te veel onderhevig zal zijn aan politieke kleur of er wel of niet aan de Omgevingsvisie zal worden voldaan. Op diverse onderwerpen is dat zeker denkbaar. Dat zou de visie geen recht doen en zou de overheid onbetrouwbaar maken, en het lijkt me nu juist dat een van de side-effects zou moeten zijn dat dit niet meer zo is.

Een belangrijk punt uit de omgevingsvisie die ik als eerste naar voren wil halen is het onderwerp wonen. En het zal u niet verbazen, met name het wonen voor ouderen. Er wordt in de NOVI uitgebreid gesproken over het belang van voldoende en passende woonvoorzieningen, zowel in verstedelijkte gebieden als daarbuiten. Het belang voor de ouderen zelf, maar niet in de laatste plaats óók voor de doorstroming op de woningmarkt. Dat klopt allemaal als een bus. Wat wel opvalt, is dat de passage hierover leest alsof het gekopieerd is uit het rapport van de Taskforce Wonen en zorg uit 2019, of zelfs uit dat van het Aanjaagteam Langer zelfstandig wonen uit 2016. Dit is eigenlijk een vriendelijke manier van mij om te zeggen: schiet nu eens op. Het is niet voor het eerst dat ik dit zeg, maar de minister van Wonen, wie het ook is, moet de regie nemen, aanjagen en soms gewoon zaken doordrukken, zoals de tijdelijke minister voor Wonen dit voorjaar in Valkenburg deed.

Ook moet de leefomgeving een goede bijdrage kunnen leveren aan een gezonde leefstijl van de kwetsbare groepen, zoals ouderen. Dat is in lijn met een motie van de hand van mijn collega van Brenk, waarvoor dank. Op welke wijze zal dit richting ouderen vormgegeven kunnen worden, vraag ik de minister. Specifieke aandacht voor deze groep is echt nodig, aangezien mensen langer thuis moeten wonen. Zij moeten zo lang als het gaat, veilig naar buiten kunnen. Dat is belangrijk voor hun gezondheid, welzijn, zelfredzaamheid, en niet te vergeten ter preventie van eenzaamheid. Met andere woorden: voor zowel henzelf als maatschappelijk is het de investering bijzonder waard. Zeker gezien het feit dat er in 2030 naar verwachting ruim twee miljoen 75-plussers zullen zijn. Dat is circa 12 procent van de bevolking. Het aantal 85-plussers ligt dan op 560.000. De regering moet echt iets met dat gegeven.

Überhaupt moet de leefomgeving seniorvriendelijk worden ingericht. Seniorvriendelijk kun je hier lezen als veilig, toegankelijk en doordacht, voor iedereen. Dat geldt niet alleen voor de directe omgeving van de woning, maar ook daarbuiten. Een goede beschikbaarheid van het openbaar vervoer is daarbij net zo goed van belang. Ook in krimpgebieden. Een duidelijke, veilige weginrichting is ook nodig, om in de toenemende verkeersdrukte veilig te kunnen bewegen, ook nu in coronatijd. In feite moeten we in de inrichting van de omgeving altijd kijken naar de consequenties voor de kwetsbaarste groepen. Als dat goed geregeld is, is het voor iedereen goed.

De omgevingsvisie meldt zelf al terecht dat drinkwater een eerste levensbehoefte is. Ook de waterveiligheid en waterbeschikbaarheid moet altijd op orde zijn, dat is een nationaal belang. Daarom is het van belang dat alle betrokken overheden zich hieraan verbinden en prioriteit geven. Het belang van deze zaken moet dan ook terugkomen in de lokale omgevingsvisies, en vertaald in concreet beleid.”

© 24 september 2020