De Eerste Kamer behandelt deze week de Begroting van het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen. En ook bij 50PLUS heeft de jeugd de toekomst. Onderstaand de bijdrage van Senator van Rooijen in het debat.
Voorzitter,
Ondanks dat het niet direct onze achterban betreft heeft 50PLUS absoluut oog voor de belangen van de jeugd. Onze fractie heeft destijds samen met andere fracties in dit Huis gestreden voor de pechgeneratie studenten die zijn opgezadeld met torenhoge studieschulden. Alleen daar al blijkt dat ook de visie van mijn fractie is, dat de jeugd de toekomst heeft!
Voorzitter, onderdeel van toekomst en groei betreft onder andere onderwijs en vandaag hebben we het over de begroting OCW en de aangekondigde bezuinigen daarop van ruim een half miljard.
De Eerste Kamerleden ontvingen een brief d.d. 18 maart jl. van de Universiteiten van Nederland die begint met:
“Het kabinet Schoof bezuinigt fors op universiteiten en wetenschap. Juist in een tijd dat Nederland en Europa weer op eigen benen moeten gaan staan nu de geopolitieke spanningen razendsnel oplopen. Hoe blijven we veilig en weerbaar”?
Hoe waar zijn die laatste zinnen wel niet Voorzitter, want er moet structureel veel meer geld naar Defensie in verband met onze nationale en Europese veiligheid juist vanwege bovenstaand citaat. Helaas “magisch geld” bestaat niet dus moet noodgedwongen op andere terreinen bezuinigd worden. Dit raakt ook de OCW begroting net zoals andere begrotingen.
Voorzitter, mijn fractie vraagt zich af wat precies onder een bezuiniging wordt verstaan want vaak betekent dat niet dat de geldkraan volledig wordt dichtgedraaid maar dat in verhouding met voorgaande jaren er niet méér geld bijkomt voor een bepaalde portefeuille of project. Iedereen is er zo gewend aan geraakt dat steeds méér geld voor hetzelfde doel moet worden vrijgemaakt dat wanneer de subsidie gelijk blijft in vergelijking met een voorgaande periode dat ook bestempeld wordt als een bezuiniging.
Twee kabinetten, Rutte III en Rutte IV, hebben tezamen 20 miljard euro aan de begroting van OC&W toegevoegd. Dat is een stijging met maar liefst 60% over 7 begrotingsjaren. Dan zouden we toch nu, na 7 jaar investeren, met genoegen uitkijken naar de laatste cijfers over de verbeterde leesvaardigheid, schrijfvaardigheid, en rekenvaardigheid van Nederlandse schoolkinderen. Maar zo is het niet gegaan Voorzitter. De prestaties zijn op belangrijke punten juist ernstig verslechterd.
Als je 20 miljard per jaar extra nodig hebt om de prestaties te laten dálen, hoeveel heb je dan nodig om verbeteringen tot stand te brengen? 40 miljard? 60 miljard? Dit kan niet Voorzitter. Het is onontkoombaar dat er binnen de begroting voor OCW heel precies wordt gekeken naar wat werkt en wat niet werkt. 50PLUS wil de begroting niet verlagen, integendeel, maar beleidsinitiatieven die geen kwalitatieve verbetering brengen moeten worden geschrapt. Dus een kritische evaluatie van het gevoerde beleid van de afgelopen jaren is nodig en niet een vage omarming van geld als het panacee van goed onderwijs.
Ik wil de minister dan ook concreet vragen, met hoeveel de onderwijsbegroting gestegen zou zijn, als sinds 2017 de inflatie was gevolgd. Want dat deel van de stijging was niet beschikbaar voor kwaliteitsverbeteringen in het onderwijs. Maar het deel daar boven was wel beschikbaar voor kwaliteitsverbeteringen en dat is, zo vermoed ik, nog steeds een miljardenbedrag. Deelt de minister ook de opvatting van 50PLUS, dat er te weinig rendement uit deze investeringen is gehaald?
In dat verband is het ook noemenswaardig, dat veel onderwijsinitiatieven en projecten, menskracht wegtrekken van het primaire onderwijsproces. 50PLUS vindt het verdacht, als het aandeel niet onderwijzend personeel en externen, zowel op de scholen als bij gemeenten en het Rijk, blijft toenemen t.o.v. het aantal leraren die daadwerkelijk voor de klas staan. Kan de minister toezeggen dat deze verhouding onder zijn bewind eindelijk weer de goede kant op zal gaan?
Mijn fractie zoomt in op een paar onderdelen uit de OCW begroting die veel stof hebben doen opwaaien. Zoveel stof dat de term “bezuiniging” thans in verband wordt gebracht met inbreuk op rechtmatigheid en strijd met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur (abbb’s) zoals het inbreuk maken op het vertrouwensbeginsel
Het gaat over de zogenaamde bestuursakkoorden die mede relevant zijn voor de bekostiging van het hoger onderwijs. Prof. Schlössels beschouwt deze bestuursakkoorden als overeenkomsten tussen partijen waarbij over en weer verplichtingen worden aangegaan onder andere over de bekostiging en over het aanwenden van diverse intensiveringsgelden in het hoger onderwijs. Daaraan koppelt hij dat door de gesloten bestuursakkoorden vertrouwen is gewekt over de beschikbaarheid van gelden voor het WHO en dat één partij, in casu het Kabinet, daar niet éénzijdig op terug kan komen zonder dat het vertrouwensbeginsel wordt geschaad.
Tevens stelt hij dat bezuinigingen en/of andere prioritering van middelen zeker legitiem kunnen zijn maar dat de gevolgen ervan niet onevenredig nadelig mogen zijn.
Voorzitter, 50PLUS kan zich met dit gedachtengoed in grote lijnen verenigen. De intentie dat reeds aangegane verplichtingen in de vorm van vaste dienstverbanden ten aanzien van docenten en onderzoekers onverkort moeten worden nagekomen is voor mijn fractie een absoluut uitgangspunt. Dit zou anders in de optiek van 50PLUS een onevenredige benadeling zijn voor deze groep werknemers.
De minister geeft aan in de nota n.a.v. het verslag dat juist vanwege deze verplichtingen aan docenten en onderzoekers ervoor gekozen is om de sectorplannen overheid te behouden zodat vaste banen voor wetenschappers niet in gevaar komen. Kan de minister toezeggen dat vaste dienstverbanden binnen het WHO inderdaad gecontinueerd worden en er geen ontslaggolf ontstaat vanwege de aangekondigde bezuinigingen?
In dezelfde nota erkent de minister dat de bezuinigingen ten koste gaan van de zogenaamde startersbeurzen waarvan toekenning begon in de loop van 2022 voor 105 onderzoekers. In 2023 waren dat er 734 dat is in slechts 1 jaar tijd 7x zoveel.
Voorzitter, dat bedoelde ik met hetgeen ik hier eerder naar voren bracht, als je in één jaar tijd een 7-voud ten opzichte van het voorgaande jaar aan startersbeurzen verstrekt en die trend zet zich voort dan heeft dat enorme gevolgen voor de toekomst.
Bij het stopzetten van de starters- en stimuleringsbeurzen is een termijn van drie maanden in acht genomen zodat – volgens de minister – de universiteiten voldoende gelegenheid hadden om zich op deze stopzetting voor te bereiden. Deze termijn wordt door meerdere fracties waaronder die van 50PLUS wel als erg kort beschouwd om adequaat in te kunnen spelen op mogelijk reeds aangegane verplichtingen. Waarom niet een redelijker termijn van 6 maanden zo vraag ik de minister?
In het derde verslag meent de minister dat de universiteiten het jaarlijks budget van €78 miljoen (tot en met 2031) ten behoeve van verlaging van de werkdruk dit ook kunnen aanwenden voor de reeds bestaande verplichtingen voortkomend uit de starters- en stimuleringsbeurzen. Maar zo vraagt mijn fractie aan de minister dan neemt de werkdruk bij universitaire docenten toch toe? Als je iets uit het ene potje haalt ten behoeve van een ander potje dan verplaats je toch het probleem? Het waterbed effect. Kan de minister hierop reflecteren?
Meer geld is volgens de minister niet de oplossing. De Arbeidsinspectie heeft aandachtspunten aangedragen die de universiteiten zouden dwingen tot vermindering van de werkdruk bij docenten.
Voorzitter, dit antwoord begrijpt mijn fractie niet, kan de minister hier nader op ingaan en tekst en uitleg geven over deze stelling?
In de schriftelijke rondes zijn al vragen gesteld over het rapport van de heer Draghi waarin een doelstelling van 3% wordt bepleit als investering in kennis en wetenschap hetgeen volgens hem noodzakelijk is om het concurrentievermogen van Europa op peil te houden. Het antwoord van de minister in het derde verslag roept bij mijn fractie de volgende vragen op.
“Mogelijk zal in de toekomst ook weer meer ruimte zijn voor investeringen”, hoe weet deze minister dit? Is dat een aanname of een verwachting en zo ja waarop is die dan gebaseerd?
Vervolgens stelt de minister dat met de huidige beschikbare middelen de gestelde ambities op de OCW terreinen realiseerbaar zijn. Op welke ambities doelt de minister, kan hij deze toelichten met voorbeelden?
Afrondend Voorzitter, over de extra inzet voor het aantrekken van buitenlandse wetenschappers – waarom wordt daar een speciaal fonds voor opgericht, hoe wordt dat fonds gevuld en waar wordt dat geld aan besteed? Waarmee denkt de minister deze internationale topwetenschappers over te halen om in Nederland werkzaam te zijn? Hoe rijmt zich dat met de afbouw van in te zetten Nederlandse wetenschappers bij de universiteiten?
Voorzitter, ik kijk uit naar de beantwoording door de minister.
Martin van Rooijen eist betere zorg voor ouderen: Pleidooi voor een Ouderenwet en toegankelijke huisartsenzorg
Voorzitter,
Ik begin mijn bedrage met een compliment te maken aan de beleidspersonen en hun ambtenarenteam voor de goede leesbaarheid van de antwoorden.
Dat is ook van groot belang voor onze burgers die deze stukken mee willen lezen, want voor hen staan we hier feitelijk, nietwaar?
Voorzitter, dan nu over de begroting VWS.
Het wordt steeds gekker, omdat bij de VWS begroting bezuinigingen werden teruggedraaid moest dit op een VWS begroting worden gecompenseerd terwijl het zorgdomein iets is wat alle Nederlanders aangaat.
50PLUS is zeer verheugd dat de ombuiging subsidie van 165 miljoen euro op “bij- en nascholing van de medische specialistische zorg”, welke vooral de verpleegkundigen betrof, definitief van tafel is.
Hiervoor diende nog wel een alternatief gevonden te worden binnen het domein van de VWS-begroting. Bij brief van 18 maart jl. deelde de minister onze Kamer mee dat vanwege structurele onderuitputting binnen de sector Wijkverpleging, dekking was gevonden voor de 165 miljoen.
In de voorjaarsbesluitvorming wordt de raming binnen de sector Wijkverpleging naar beneden bijgesteld en met goedkeuring van de minister van Financiën wordt deze bijstelling nu al in de begroting VWS 2025 opgenomen. Dus probleem opgelost zou je denken!
Maar mijn fractie heeft daarover nog de volgende vragen. Hoe kan het, dat blijkbaar jarenlang aan een te hoge raming van de uitgaven aan wijkverpleging werd vastgehouden? Waarop was deze raming dan gebaseerd en hoe verklaart de minister deze “meevaller” aan kosten wijkverpleging? Is het opportuun te verwachten dat met de toenemende vergrijzing in de nabije toekomst de kosten wijkverpleging daadwerkelijk relatief laag blijven? Mijn fractie betwijfelt dat ten zeerste en ziet een groot risico voor de doelgroep die hiervan gebruik maakt.
Voorzitter, ik vraag de minister of het niet aanwenden van de middelen voor de wijkverpleging komt doordat er onvoldoende arbeidskrachten beschikbaar zijn. Zo ja, zou de minister dan niet daarvoor het geld moeten aanwenden om die te werven en op te leiden?
Voorzitter, de beheersbaarheid van zorgkosten is niet alleen wenselijk maar ook noodzakelijk. Preventie op allerlei gebied speelt hierin een grote rol en hulp in een vroeg stadium voorkomt veel ellende achteraf. Daar zijn we het, denk ik, wel met z’n allen over eens.
Als voorbeeld noem ik de Jeugdwet waarbij de gemeenten verplicht zijn om jeugdhulp aan te bieden daar waar jongeren en ouders dit nodig hebben. De gemeenten zijn juridisch verplicht om advies te geven welke hulp in welke situatie het beste past met het doel dat één gezin één plan krijgt met één regisseur.
Met andere woorden, jeugdhulp op maat waardoor in een vroegtijdig stadium problematiek wordt onderkend en wordt aangepakt, iets wat 50PLUS enkel toejuicht.
Maar mijn fractie vraagt zich af waarom deze juridisch afdwingbare verplichting bij gemeenten er niet specifiek ook voor ouderen is. Hun rechten staan verspreid over de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), de Wet Langdurige Zorg en Zorgverzekeringswet. Deze wetten zijn generiek zonder leeftijdseisen en gelden voor iedere burger. Deze niet gebundelde wetten zorgen ervoor dat juist voor de zeer kwetsbare groep van ouderen een duidelijke kapstok ontbreekt. Terwijl de WMO erop aanstuurt dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig in de eigen leefomgeving kunnen blijven wonen. Maar daar is wel passende zorg en ondersteuning voor nodig.
Het feit dat er 20 landelijke akkoorden zijn op het gebied van wonen, welzijn en zorg, maakt duidelijk dat het landelijk beleid erg versnipperd is. Veelal wordt artikel 2.1.2 van de WMO in de gemeentelijke Kadernota’s Sociaal Domein onvoldoende geborgd waardoor gemeenten nú al niet voldoen aan hun wettelijke verplichtingen. Zou niet scherper gecontroleerd moeten worden op naleving en uitvoering van het genoemd WMO artikel, zo vraag ik de staatssecretaris? Uit de praktijk vernemen wij dat gemeenten behoefte hebben aan duidelijke omschrijving van opdrachten, zij vullen dan zelf de uitvoering daarvan in.
Gemeenten hebben het financieel zwaar en kijken daarom naar mogelijkheden om te bezuinigen, ook op het gebied van zorgverlening aan ouderen.
Voorzitter, mijn fractie vraagt aan de staatssecretaris of zij bereid is te onderzoeken of naar analogie van de Jeugdwet er een Ouderenwet kan komen waarin dezelfde uitgangspunten worden neergelegd? Hierdoor zijn de hulpvragen van ouderen beter geborgd, want waarom wel voor jongeren maar niet voor ouderen? Kan de staatssecretaris mij toezeggen een onderzoek te doen of zo’n |Ouderenwet de gemeenten helpt om hun verplichtingen uit hoofde van de WMO na te komen?
Voorzitter, mijn fractie maakt zich grote zorgen over het feit dat zorginstellingen zélf verplicht zijn om voor huisartsen te zorgen terwijl een ieder die in Nederland woonachtig is recht heeft op een huisarts.
De overheid dient daarvoor garant te staan.
Helaas komt het maar al te vaak voor dat ouderen uiteindelijk naar zorginstellingen verhuizen maar dat de desbetreffende huisartsenpraktijk in de nabije omgeving dan weigert om zo’n oudere patiënt aan te nemen. Veelal onder het mom dat de praktijk vol zit hetgeen bij nader onderzoek vaak een onwaarheid is.
De overbelasting van huisartsen is bekend en feit is dat senioren op hoge leeftijd nu eenmaal meer tijd en aandacht vergen. Dat maakt ze niet tot de meest ideale patiënten.
Maar Voorzitter het weigeren van patiënten op grond van hun leeftijd is niets meer of minder dan leeftijdsdiscriminatie en in strijd met artikel 1 van de Grondwet. Ook al staat leeftijdsdiscriminatie niet specifiek opgesomd in het rijtje anti discriminatiegronden – iets waarvoor 50PLUS sinds jaar en dag strijdt – maar in dit Huis is keer op keer bevestigd dat discriminatie op grond leeftijd verboden is.
Voorzitter, ik vraag de minister of zij het ook ontoelaatbaar acht dat kwetsbare ouderen zonder huisarts komen te zitten in land als Nederland? Welke stappen gaat de minister nemen om deze zorgwekkende ontwikkeling in te perken want in de praktijk gebeurt dit al en neemt dit probleem steeds grotere vormen aan.
Graag een reactie van de minister.
Martin van Rooijen: Bestuursakkoorden en Begrotingsrecht – Opheldering van de Minister Gevraagd
Voorzitter,
We vallen in herhaling over de rechtmatigheid van wijzigingen in de OCW begroting in samenhang met het gesloten bestuursakkoord onder een vorig kabinet.
Mijn fractie hoort graag of de minister kan bevestigen dat zo’n akkoord geen bindende wettelijke regeling is noch een privaatrechtelijke overeenkomst waaraan de Staat is gebonden. Graag een reactie van de minister?
Uit de beantwoording blijkt dat dit anders zou zijn als het om subsidie toekenningen gaat waarvan de besteding ook goed controleerbaar moet zijn door de Rekenkamer.
Is de minister dit met mijn fractie eens?
Uit voorgaande concludeert mijn fractie dat bestuursakkoorden een onduidelijke juridische status hebben en dat het feitelijk een set aan voornemens zijn waar de gesprekspartners het met elkaar eens zijn geworden teneinde oplossingen te vinden.
Ik merk hierbij op dat ik deze conclusie ook heb voorgelegd aan staatsrechtsgeleerde, Prof. Paul Bovend’Eert.
Klopt deze conclusie, zo vraag ik de minister.
Voorzitter, dan nu naar het specifieke gesloten bestuursakkoord Hoger Onderwijs en Wetenschap 2022. De minister zelf stelt dat in dit akkoord géén begrotingsvoorbehoud is gemaakt voor de jaarlijkse bijdrage.
Maar dit voorbehoud is wél gemaakt in de Rijksbijdragebrieven vanaf 2022 wat erop neerkomt dat goedkeuring moet worden gegeven door de begrotingswetgever van de Rijksbegroting.
Is dit juist, zo vraag ik de minister?
Aansluitend Voorzitter vraag ik de minister of hij mij kan bevestigen of ook het ministerie van Financiën van mening is dat begrotingswetgeving qua rangorde boven bestuursakkoorden gaat. Graag een reactie van de minister?
Voorzitter,
Indien namelijk onverkort zou worden vastgehouden aan dit Bestuursakkoord zou dit immers betekenen dat opvolgende ministers in een nieuw kabinet en het parlement als begrotingswetgever, onvoorwaardelijk gebonden zijn aan allerlei uitgaven voor toekomstige jaren.
Volgens 50PLUS heet dat “regeren over je eigen graf”. Nieuwe kabinetten moeten wel degelijk bezuinigingen kunnen doorvoeren. De wereld is aanzienlijk veranderd sinds 2022 waardoor heroverwegingen noodzakelijk kunnen zijn.
Voorzitter,
De bezuinigingen op de Sectorplannen zijn vervallen zodat bestaande verplichtingen kunnen worden gecontinueerd. De bezuiniging is omgebogen naar Starters- en Stimuleringsbeurzen. Dit zou de minister zelfs in overleg hebben gedaan met de universiteiten. Klopt dat?
Doordat de Sectorplannen thans overeind blijven zullen daaruit voortvloeiende juridische procedures dus achterwege blijven, zo vraag ik de minister?
Pilot ‘Ouderwijs’: samen leren ouder worden in Eindhoven
Ruud van Acquoij sprak met Hubert Cornelis (Stichting Ontmoet en Groet) over de pilot Ouderwijs. Hubert en zijn team hebben dit proefprogramma met veel enthousiasme uitgevoerd in Eindhoven, en de resultaten zijn geweldig!
Betrokkenheid van 50PLUS Eindhoven
Wij van 50PLUS Eindhoven zijn vanaf het begin betrokken geweest bij de pilot Ouderwijs. Dit project biedt een frisse kijk op de vraag: “Hoe wil je ouder worden?” Het doel van Ouderwijs is om bewustwording, reflectie en invloed van eigen gedrag rondom ouder worden te vergroten.
Wat is Ouderwijs?
Ouderwijs helpt ouderen om samen te leren over ouder worden. Het programma biedt kennis en ruimte voor gesprekken en reflectie. Het richt zich op vijf belangrijke thema’s:
1. Gezondheidsbevordering: Een gezonde leefstijl stimuleren.
2. Versterken van de sociale basis: Het belang van sociale netwerken.
3. Betaalde en onbetaalde arbeid: Ouderen blijven actief bijdragen.
4. Proactieve zorgplanning: Tijdig bespreken en organiseren van zorgbehoeften.
5. Langer zelfstandig thuis wonen: Ondersteuning om thuis te blijven wonen.
Resultaten van de Pilot
De pilot bestond uit 8 lessen, 2 cursussen en 2 workshops. Thema’s zoals eenzaamheid, geheugen, sociale gezondheid en praktische onderwerpen zoals financiën kwamen aan bod. De deelnemers waardeerden de diversiteit aan docenten en praktische tips. Er zijn ook verbeterpunten, zoals langere sessies en meer ruimte voor onderlinge uitwisseling.
Toekomst van Ouderwijs
De aanbevelingen uit de eindrapportage suggereren uitbreiding van de doelgroep, integratie in bestaande wijkvoorzieningen en digitale ondersteuning. Ouderwijs heeft bewezen een waardevol programma te zijn voor het vergroten van bewustwording over ouder worden.
Conclusie
De grote vraag is nu hoe we verder gaan met Ouderwijs. Kunnen we dit programma in de stad verder uitbreiden en gebruiken? Zijn er (financiële) mogelijkheden om dit te doen? De pilot Ouderwijs in Eindhoven is in ieder geval een groot succes gebleken.
Wij van 50PLUS Eindhoven blijven ons inzetten voor de verdere ontwikkeling van dit waardevolle programma. Samen bouwen we aan een toekomst waarin ouderen vitaal, zelfstandig en verbonden blijven.
Hier kun je de eindreportage van de pilot OUDERWIJS lezen.
Begroting Onderwijs Cultuur en Wetenschap
De Eerste Kamer behandelt deze week de Begroting van het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen. En ook bij 50PLUS heeft de jeugd de toekomst. Onderstaand de bijdrage van Senator van Rooijen in het debat.
Voorzitter,
Ondanks dat het niet direct onze achterban betreft heeft 50PLUS absoluut oog voor de belangen van de jeugd. Onze fractie heeft destijds samen met andere fracties in dit Huis gestreden voor de pechgeneratie studenten die zijn opgezadeld met torenhoge studieschulden. Alleen daar al blijkt dat ook de visie van mijn fractie is, dat de jeugd de toekomst heeft!
Voorzitter, onderdeel van toekomst en groei betreft onder andere onderwijs en vandaag hebben we het over de begroting OCW en de aangekondigde bezuinigen daarop van ruim een half miljard.
De Eerste Kamerleden ontvingen een brief d.d. 18 maart jl. van de Universiteiten van Nederland die begint met:
“Het kabinet Schoof bezuinigt fors op universiteiten en wetenschap. Juist in een tijd dat Nederland en Europa weer op eigen benen moeten gaan staan nu de geopolitieke spanningen razendsnel oplopen. Hoe blijven we veilig en weerbaar”?
Hoe waar zijn die laatste zinnen wel niet Voorzitter, want er moet structureel veel meer geld naar Defensie in verband met onze nationale en Europese veiligheid juist vanwege bovenstaand citaat. Helaas “magisch geld” bestaat niet dus moet noodgedwongen op andere terreinen bezuinigd worden. Dit raakt ook de OCW begroting net zoals andere begrotingen.
Voorzitter, mijn fractie vraagt zich af wat precies onder een bezuiniging wordt verstaan want vaak betekent dat niet dat de geldkraan volledig wordt dichtgedraaid maar dat in verhouding met voorgaande jaren er niet méér geld bijkomt voor een bepaalde portefeuille of project. Iedereen is er zo gewend aan geraakt dat steeds méér geld voor hetzelfde doel moet worden vrijgemaakt dat wanneer de subsidie gelijk blijft in vergelijking met een voorgaande periode dat ook bestempeld wordt als een bezuiniging.
Twee kabinetten, Rutte III en Rutte IV, hebben tezamen 20 miljard euro aan de begroting van OC&W toegevoegd. Dat is een stijging met maar liefst 60% over 7 begrotingsjaren. Dan zouden we toch nu, na 7 jaar investeren, met genoegen uitkijken naar de laatste cijfers over de verbeterde leesvaardigheid, schrijfvaardigheid, en rekenvaardigheid van Nederlandse schoolkinderen. Maar zo is het niet gegaan Voorzitter. De prestaties zijn op belangrijke punten juist ernstig verslechterd.
Als je 20 miljard per jaar extra nodig hebt om de prestaties te laten dálen, hoeveel heb je dan nodig om verbeteringen tot stand te brengen? 40 miljard? 60 miljard? Dit kan niet Voorzitter. Het is onontkoombaar dat er binnen de begroting voor OCW heel precies wordt gekeken naar wat werkt en wat niet werkt. 50PLUS wil de begroting niet verlagen, integendeel, maar beleidsinitiatieven die geen kwalitatieve verbetering brengen moeten worden geschrapt. Dus een kritische evaluatie van het gevoerde beleid van de afgelopen jaren is nodig en niet een vage omarming van geld als het panacee van goed onderwijs.
Ik wil de minister dan ook concreet vragen, met hoeveel de onderwijsbegroting gestegen zou zijn, als sinds 2017 de inflatie was gevolgd. Want dat deel van de stijging was niet beschikbaar voor kwaliteitsverbeteringen in het onderwijs. Maar het deel daar boven was wel beschikbaar voor kwaliteitsverbeteringen en dat is, zo vermoed ik, nog steeds een miljardenbedrag. Deelt de minister ook de opvatting van 50PLUS, dat er te weinig rendement uit deze investeringen is gehaald?
In dat verband is het ook noemenswaardig, dat veel onderwijsinitiatieven en projecten, menskracht wegtrekken van het primaire onderwijsproces. 50PLUS vindt het verdacht, als het aandeel niet onderwijzend personeel en externen, zowel op de scholen als bij gemeenten en het Rijk, blijft toenemen t.o.v. het aantal leraren die daadwerkelijk voor de klas staan. Kan de minister toezeggen dat deze verhouding onder zijn bewind eindelijk weer de goede kant op zal gaan?
Mijn fractie zoomt in op een paar onderdelen uit de OCW begroting die veel stof hebben doen opwaaien. Zoveel stof dat de term “bezuiniging” thans in verband wordt gebracht met inbreuk op rechtmatigheid en strijd met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur (abbb’s) zoals het inbreuk maken op het vertrouwensbeginsel
Het gaat over de zogenaamde bestuursakkoorden die mede relevant zijn voor de bekostiging van het hoger onderwijs. Prof. Schlössels beschouwt deze bestuursakkoorden als overeenkomsten tussen partijen waarbij over en weer verplichtingen worden aangegaan onder andere over de bekostiging en over het aanwenden van diverse intensiveringsgelden in het hoger onderwijs. Daaraan koppelt hij dat door de gesloten bestuursakkoorden vertrouwen is gewekt over de beschikbaarheid van gelden voor het WHO en dat één partij, in casu het Kabinet, daar niet éénzijdig op terug kan komen zonder dat het vertrouwensbeginsel wordt geschaad.
Tevens stelt hij dat bezuinigingen en/of andere prioritering van middelen zeker legitiem kunnen zijn maar dat de gevolgen ervan niet onevenredig nadelig mogen zijn.
Voorzitter, 50PLUS kan zich met dit gedachtengoed in grote lijnen verenigen. De intentie dat reeds aangegane verplichtingen in de vorm van vaste dienstverbanden ten aanzien van docenten en onderzoekers onverkort moeten worden nagekomen is voor mijn fractie een absoluut uitgangspunt. Dit zou anders in de optiek van 50PLUS een onevenredige benadeling zijn voor deze groep werknemers.
De minister geeft aan in de nota n.a.v. het verslag dat juist vanwege deze verplichtingen aan docenten en onderzoekers ervoor gekozen is om de sectorplannen overheid te behouden zodat vaste banen voor wetenschappers niet in gevaar komen. Kan de minister toezeggen dat vaste dienstverbanden binnen het WHO inderdaad gecontinueerd worden en er geen ontslaggolf ontstaat vanwege de aangekondigde bezuinigingen?
In dezelfde nota erkent de minister dat de bezuinigingen ten koste gaan van de zogenaamde startersbeurzen waarvan toekenning begon in de loop van 2022 voor 105 onderzoekers. In 2023 waren dat er 734 dat is in slechts 1 jaar tijd 7x zoveel.
Voorzitter, dat bedoelde ik met hetgeen ik hier eerder naar voren bracht, als je in één jaar tijd een 7-voud ten opzichte van het voorgaande jaar aan startersbeurzen verstrekt en die trend zet zich voort dan heeft dat enorme gevolgen voor de toekomst.
Bij het stopzetten van de starters- en stimuleringsbeurzen is een termijn van drie maanden in acht genomen zodat – volgens de minister – de universiteiten voldoende gelegenheid hadden om zich op deze stopzetting voor te bereiden. Deze termijn wordt door meerdere fracties waaronder die van 50PLUS wel als erg kort beschouwd om adequaat in te kunnen spelen op mogelijk reeds aangegane verplichtingen. Waarom niet een redelijker termijn van 6 maanden zo vraag ik de minister?
In het derde verslag meent de minister dat de universiteiten het jaarlijks budget van €78 miljoen (tot en met 2031) ten behoeve van verlaging van de werkdruk dit ook kunnen aanwenden voor de reeds bestaande verplichtingen voortkomend uit de starters- en stimuleringsbeurzen. Maar zo vraagt mijn fractie aan de minister dan neemt de werkdruk bij universitaire docenten toch toe? Als je iets uit het ene potje haalt ten behoeve van een ander potje dan verplaats je toch het probleem? Het waterbed effect. Kan de minister hierop reflecteren?
Meer geld is volgens de minister niet de oplossing. De Arbeidsinspectie heeft aandachtspunten aangedragen die de universiteiten zouden dwingen tot vermindering van de werkdruk bij docenten.
Voorzitter, dit antwoord begrijpt mijn fractie niet, kan de minister hier nader op ingaan en tekst en uitleg geven over deze stelling?
In de schriftelijke rondes zijn al vragen gesteld over het rapport van de heer Draghi waarin een doelstelling van 3% wordt bepleit als investering in kennis en wetenschap hetgeen volgens hem noodzakelijk is om het concurrentievermogen van Europa op peil te houden. Het antwoord van de minister in het derde verslag roept bij mijn fractie de volgende vragen op.
“Mogelijk zal in de toekomst ook weer meer ruimte zijn voor investeringen”, hoe weet deze minister dit? Is dat een aanname of een verwachting en zo ja waarop is die dan gebaseerd?
Vervolgens stelt de minister dat met de huidige beschikbare middelen de gestelde ambities op de OCW terreinen realiseerbaar zijn. Op welke ambities doelt de minister, kan hij deze toelichten met voorbeelden?
Afrondend Voorzitter, over de extra inzet voor het aantrekken van buitenlandse wetenschappers – waarom wordt daar een speciaal fonds voor opgericht, hoe wordt dat fonds gevuld en waar wordt dat geld aan besteed? Waarmee denkt de minister deze internationale topwetenschappers over te halen om in Nederland werkzaam te zijn? Hoe rijmt zich dat met de afbouw van in te zetten Nederlandse wetenschappers bij de universiteiten?
Voorzitter, ik kijk uit naar de beantwoording door de minister.
Niemand komt voor ouderen op
Daar ben je te oud voor? Catherine Keyl vindt het hoog tijd worden dat we eens afstappen van die leeftijdsdiscriminatie.
Toen ik jong was, ergerde ik me al kapot als iemand tegen me zei: “Dat kun jij niet begrijpen, daar ben je te jong voor.” Hoezo, dacht ik dan, ik heb toch hersens?
Het is zo mogelijk nog erger als iemand nu tegen mij zegt: “Dat kun jij niet, daar ben je te oud voor.” Ook dat wil ik graag zelf bepalen, en met mij nog vier miljoen Nederlanders die ook ouder zijn.
Alleen, ons probleem is: niemand komt voor ons op.
Vier miljoen mensen hebben geen enkele vertegenwoordiging in onze democratie. Degenen die het voor het zeggen hebben in de gemeentes, de Kamer en in verenigingen zijn tussen de 30 en 50 jaar en willen er liever niet aan denken dat ze zelf ooit 60 of, God beware, zelfs 80 worden.
Daarom zijn er zo weinig openbare toiletten, zijn er geen bankjes waar je even kunt uitrusten, en worden ziekenhuizen ontworpen waar je van de garage door de regen naar het gebouw moet lopen. Jongere mensen denken niet over dat soort dingen na.
Ik begrijp wel dat men negatief tegen ouderen aankijkt. Jammer dat ik mijn vroegere collega’s moet afvallen, maar waarom moet er altijd een rollator, wandelstok of rolstoel in beeld als het over ouderen gaat? Hou daarmee op!
Tachtig procent van de ouderen woont zelfstandig en is nog fit, maar een extra bankje kan nooit kwaad.
Wanneer er een pressiegroep van ouderen zou zijn, werd het vast verboden aan autoverhuurmaatschappijen om een maximumleeftijd te stellen van 70 jaar!
Als ik iets heb geleerd in m’n leven, is het dat leeftijd nou juist niks zegt over je mentale gesteldheid. Ik ken mensen van 18 die zich gedragen als zestigers en tachtigers die de geest hebben van een 18-jarige.
Ooit vroeg een journalist mij of ik bijvoorbeeld verschil merkte in bed bij verschillende leeftijden. Ik heb namelijk een twintig jaar jongere en een dertien jaar oudere partner gehad, daar zit dus 33 jaar verschil tussen. Het antwoord was: nee. Geen enkel verschil. De journalist geloofde het niet, dat was duidelijk. Maar toch, als de liefde met passie bedreven wordt, stap je over details heen en maakt het allemaal niets uit.
Ik ben niet voor quotums. Ik heb dat nooit iets gevonden, dat er een vrouwenquotum werd ingesteld. Het gaat uiteindelijk om de kwaliteit en niet om het geslacht, dacht ik altijd. Maar uiteindelijk heeft het in het bedrijfsleven wel gewerkt. Het aantal vrouwen in Raden van Bestuur van bedrijven is aanzienlijk omhoog gegaan.
Ik ga nu pleiten voor een verplicht ouderenquotum en dan wel overal. Op de werkvloer, in de politiek, in de gemeenteraad, bij de ambtenaren… Natuurlijk mag je met pensioen als je 67 bent, maar er zijn zoveel mensen die dolgraag willen doorwerken, maar dat niet mogen vanwege de verplichte pensioenleeftijd. Denk aan rechters, ambassadeurs, hoogleraren, politiemensen. En ervaring kunnen we op al die terreinen juist heel goed gebruiken. Nee, geen ouderenpartij, alsjeblieft. We weten uit de geschiedenis dat dat niet werkt.
Een democratie gaat over gelijke vertegenwoordiging. Hoog tijd dat ouderen echt een stem krijgen die gehoord wordt, op wat voor manier dan ook.
Mededeling/Wijziging
De Provinciale Ledenvergadering van Gelderland zal in plaats van 10 mei 2025 worden verschoven naar 24 mei aanstaande en zal gehouden worden in Eetcafé ’t Dorp, Flessestraat 54 te Heteren. De daarvoor benodigde stukken zullen u t.z.t. worden toegestuurd.
Aanvang 10.30 uur, inloop v.a. 10.00 uur.
Oproep kandidaten
Beste leden,
Zoals u waarschijnlijk bekend is, vinden in maart 2026 de gemeenteraadsverkiezingen plaats. Gezien de politieke ontwikkelingen is het van groot belang dat 50PLUS voor de senioren blijft en deze gaat vertegenwoordigen in een aantal Gelderse gemeenten.
Op veel terreinen wordt bezuinigd, met grote gevolgen voor senioren, zoals:
Woningtekort: te weinig geschikte en betaalbare woningen, waardoor doorstroming wordt belemmerd.
Zorg en welzijn: toenemende druk op de zorg, langere wachttijden en tekorten aan thuiszorgmedewerkers.
Openbaar vervoer en mobiliteit: slechtere bereikbaarheid door afname van busverbindingen en onvoldoende veilige oversteekplaatsen.
Betaalbaarheid en koopkracht: stijgende kosten voor energie, zorg en levensonderhoud treffen senioren extra hard.
Veiligheid en eenzaamheid: steeds meer ouderen voelen zich onveilig of kampen met sociaal isolement.
Daarom willen wij als 50PLUS Gelderland deelnemen aan de gemeenteraadsverkiezingen in Apeldoorn, Rheden en Tiel. Om dit mogelijk te maken, zijn wij op zoek naar gemotiveerde leden die zich als kandidaat willen inzetten voor onze partij.
Heeft u interesse om 50PLUS in uw gemeente te vertegenwoordigen? Wilt u bijdragen aan een sterke stem voor senioren in de lokale politiek? Meld u dan aan als kandidaat!
Stuur dan een e-mail naar secretariaat@50plusgelderland.nl met de vermelding “Kandidaat gemeenteraadsverkiezingen”, en wij nemen contact met u op.
Met vriendelijke groet,
Theo Weijers (interim voorzitter) Namens Bestuur 50PLUS Gelderland
Martin van Rooijen over Begrotingsstaten Asiel & Migratie
De Eerste Kamer debatteerde dinsdag over de begrotingsstaten Asiel en Migratie. Een belangrijk onderwerp. Senator van Rooijen voerde namens 50PLUS het woord en sprak onderstaande rede uit:
Inbreng Martin van Rooijen (50PLUS) bij debat Begrotingsstaten Asiel & Migratie.
Voorzitter,
Den Haag, Nederland en Europa staan op een keerpunt in de geschiedenis. Het electoraat in onder andere Nederland, Italië, Frankrijk, Duitsland, en Zweden hebben krachtige signalen afgegeven of zelfs een mandaat binnengehaald, om nu eindelijk serieus werk te maken van een hervorming van het Europese systeem voor asielmigratie. Waar dat mandaat nog ontbreekt, voelen politiek leiders en gevestigde partijen in toenemende mate de hete adem van de kiezer. CDU leider Friedrich Mertz heeft sinds vorige maand in feite een rechtse meerderheid tot zijn beschikking maar hij heeft beloofd om de zogenaamde brandmuur in stand te laten en niet te gaan regeren met de AFD. Desondanks, of misschien juist wel dankzij deze belofte, moet hij echter wel het migratie kritische gras voor de voeten van de AFD gaan wegmaaien. Duitsland wil iets, dus Mertz moet ook iets. De signalen daarvan komen nu al binnen vanuit de Duitse kabinetsformatie. Vandaag is er debat in Bundestag over onder meer het opheffen van de ‘Schuldenbremse’. Overmorgen komt het dan in de Bundesrat. Kort daarna, komt er nieuwe Bundestag met fors verschoven politieke panelen
Volgens 50PLUS zit Macron in een vergelijkbaar parket. Het Italië van Georgia Meloni is al aan boord en het Polen van de progressief Tusk heeft vorige week wederom heel erg duidelijk aangegeven waar zij staan. Polen weigert het migratiepact uit te voeren. Het duurt te lang om hier in dit debat de stand van het migratiedebat in alle EU landen door te nemen maar dat het ijzer heet is durven wij bij 50PLUS wel te stellen. De geopolitieke situatie voegt daar nog een dimensie aan toe, want de EU wil grote stappen zetten op defensiegebied. Het migratiedossier kan volgens 50PLUS fungeren als breekijzer om steun voor gezamenlijke Europese defensie inspanningen fors te vergroten. De partijen die steevast dwarsliggen bij beperking van asielmigratie, hebben juist weer ontstemd gereageerd op de partijen die niet meteen willen tekenen bij het kruisje van een Europees defensiefonds van 800 miljard. Hier moet dan toch de politieke molen op volle toeren draaien, om nader tot elkaar te komen, zo vragen wij?
Eurocommissaris Brunner maakte vorige week zijn plannen bekend voor een Europees terugkeerbeleid. Europa maakte eerder al afspraken voor een strenger asielbeleid in het zogenaamde ‘Migratiepact’ dat in de zomer van 2026 van kracht wordt. Maar het lukte tot nu toe niet om ook afspraken te maken over een gezamenlijk uitzetbeleid, dat was de ontbrekende schakel van het pact. Dat moet en gaat nu veranderen: landen moeten elkaars besluiten overnemen. Asielzoekers die eenmaal een afwijzing hebben gekregen, moeten verplicht meewerken aan hun terugkeer. Niet meewerken wordt strafbaar. Wie al een keer is afgewezen, krijgt een verbod op nieuwe pogingen de EU binnen te komen. Afgewezen asielzoekers kunnen bovendien naar uitzetcentra buiten de EU worden gebracht in plaats van dat zij hier weer op straat belanden met niets meer dan een vriendelijke ‘aanzegging om Nederland te verlaten’.
Er is een golf gaande voorzitter, waar het kabinet Schoof I op kan surfen. Dat is lange tijd anders geweest. Maar er zijn ook nog steeds knelpunten die nog niet zijn opgelost.
Mijn fractie heeft voor de minister de volgende vragen:
We weten ook dat Franse regering er recent n.a.v. de terroristische aanslag in Mulhouse op 22 februari over is begonnen in relatie tot Algerije. De Franse regering sloot sloot het gebruik van visa als wapen niet uit. De diplomatieke en economische macht van een eensgezinde EU is op dit punt toch onmiskenbaar? Deelt de minister de mening dat met de juiste drukmiddelen, het probleem van het niet meewerken van bepaalde landen, opgelost kan worden? Wilt u hier over in contact treden met uw collega minister Veltkamp van Buitenlandse Zaken? We herinneren ons nog maar al tegoed dat een van uw voorgangers staatsecretaris Broekers-Knol, zelfs niet eens werd ontvangen door haar ambtscollega in Marokko. Ik begreep van uw voorganger Van der Burg, in het debat over de spreidingswet dat de contacten inmiddels wat beter zijn? Hoe zijn die contacten nu? Dat ging over uitgeprocedeerde asielzoekers die opgenomen worden in een speciale uitzet locatie in Rotterdam. Maar velen komen daar zelfs niet terecht en verdwijnen onder de radar en blijven, weliswaar met een aanzegging om Nederland te verlaten, gewoon in ons de EU. Hebben wij enig zich op het totaal aantal afgewezen migranten sinds zeg 2010, die niet aantoonbaar zijn vertrokken? En hoeveel daarvan zich nu nog op Nederlandse bodem bevinden?
Voorzitter tot slot.
De fractie van 50PLUS merkte bij het debat over de spreidingswet in januari vorig jaar als eerste op dat de begroting voor Asiel & Migratie na 2026 zo’n enorme daling liet zien, dat het niet meer realistisch te noemen was. 50PLUS noemde de prognoses voor de begroting “wishfull thinking”. Toen de media er 8 maanden later ook achter kwamen, leidde dat tot ronkende koppen zoals “kabinet bereid ontmanteling van IND en COA voor”. 50PLUS was eerlijker dan de media, want wij hadden het niet alleen veel eerder al opgemerkt maar wij erkenden ook dat het onrealistische begrotingspad door het vorige kabinet al in de boeken was gezet. Als een bommetje voor de opvolgers, een begrotingsgat van 4 miljard voor dit kabinet. Een besluit van Rutte 4 met Van der Burg en Kaag. Wij verwijten het kabinet dus niets op dit punt maar wij verwachten wel dat dit kabinet de begroting en de prognoses weer realistisch maken. Dat de minister twee weken geleden ineens ad hoc 50 miljoen extra voor de IND uittrekt is weliswaar een stapje in die richting maar is de minister niet bevreesd dat zij met dit soort stapjes, nog wel 10 x de buidel zal moeten trekken. Is het niet beter, zowel voor het beleid als voor het politieke proces, om de kogel dan maar in 1 keer door de kerk te jagen?
Voorzitter, wat kan Europol meer doen bij het bestrijden van mensensmokkel en mensenhandel? Dit gaat om een grensoverschrijdend probleem. Mensensmokkelaars hebben een verdienmodel van miljarden. 50PLUS zegt: doe wat nodig is en roei het uit! Extra middelen zijn nodig: meer personeel en betere data verwerking via biometrische gegevens. Het is wat 50PLUS betreft een uitgelezen kans voor de EU om aan populariteit te winnen. Om haar bestaansrecht voor veel meer burgers relevant te maken. Is de minister bereid dit op te pakken en in te brengen bij de commissie EU?
Kruisstraat bewoners luiden noodklok over onveiligheid en overlast
Bewoners van de Kruisstraat maken zich zorgen over hun buurt. Ze klagen over lawaai, vechtpartijen en brandstichtingen. Vooral tussen april en september is de overlast erg. Auto’s maken veel lawaai en motoren, trikes en quads racen door de straten.
Elke avond en nacht rijden voertuigen vanaf de Woenselse Markt en Kruisstraat via de Gildelaan naar de Veldmaarschalk Montgomerylaan. Gezinnen moeten hun tv’s harder zetten, kunnen niet fijn op hun balkon zitten, slapen slecht en moeten hun ramen sluiten ondanks de hitte.
Impact, oplossingen en maatregelen
De overlast heeft een grote invloed op het dagelijks leven van de bewoners. Mensen kunnen niet genieten van hun eigen huis en buurt door de constante herrie en onveiligheid. Sommige bewoners denken er zelfs aan om te verhuizen.
50PLUS Eindhoven heeft vragen gesteld over deze situatie en dringt aan op snelle actie. Er moet echt iets gedaan worden om de leefbaarheid in de Kruisstraat te verbeteren. De bewoners verdienen een veilige en rustige woonomgeving. Het is aan de gemeente om de nodige stappen te nemen en passende maatregelen te treffen om deze problemen op te lossen.
Lees ook het artikel van Studio 040 ’50Plus wil maatregelen tegen geluidsoverlast Kruisstraat’.
(Foto bij dit artikel: Studio 040)
Betaald parkeren – raadsvergadering 12 maart 2025
Wat een teleurstelling. Het ‘ging niet om geld’ maar vervolgens was dat het voornaamste argument van de wethouder om een negatief pre advies te geven. Onze motie ‘Betaald parkeren beslis je samen’ haalde het dan ook niet, net als de motie ‘Onderzoek zonevrij parkeren (bewoners)vergunninghouders’.
Onbegrijpelijk blijft het voor ons dat men alleen mag participeren door verbeteringen te delen. Wij hadden graag échte participatie gezien. Dat had ook meer recht gedaan aan de uitkomst van de petitie van actiegroep ‘Vrij Parkeren’.
De punten uit de raadsvergadering
2.1
Zoals eerder in het debat aangegeven is 50PLUS Amstelveen tegen het uitbreiden van betaald parkeren in heel Amstelveen zonder de, voor de meeste inwoners, gevoelde noodzaak. In ieder geval lijkt er inmiddels binnen de raad een meerderheid om niet alleen naar de cijfers te kijken maar de inwoners erbij te betrekken. Na het vervallen van een geplande invoering en overgaan op het meten van de parkeerdruk wordt er nu een raadpleging aan toegevoegd. Met dank aan de vele protesten! Maar dit alles zorgt uiteindelijk alleen maar voor een vertraging.
Het systeem van vergunningen biedt het college dan de mogelijkheid om te sturen op het aantal auto’s. Net als in Amsterdam. Hier valt waarschijnlijk nog weinig aan te veranderen.
Een veel grotere aanslag op onze flexibiliteit in mobiliteit is dat we vroeg of laat in heel Amstelveen met betaald parkeren zullen worden geconfronteerd. Hiervan worden met name onze oudere inwoners die over meer vrije tijd beschikken en een grotere afhankelijkheid van de auto hebben de dupe.
Onbegrijpelijk dat als het niet om geld draait, dat onze motie om 3 uur ‘vrij parkeren’ aan vergunninghouders te verstrekken niet breed wordt gedeeld?
De reden laat zich eenvoudig verklaren door een simpele rekensom. Met gemiddeld elke dag ergens in Amstelveen een uurtje parkeren tegen het huidige tarief kost je dat al gauw een kleine 1000 euro op jaarbasis!
50PLUS Amstelveen is tegen een verdere sluipende lastenverhoging voor onze burgers waarbij tevens de flexibiliteit in mobiliteit wordt ingeperkt. Dubbele kosten – voor een vergunning én voor een parkeerplek- daar kunnen wij niet in meegaan.
Het college van burgemeester en wethouders stelt de raad voor te besluiten:
1. Het bestaande beleid voor betaald parkeren te wijzigen.
2. Niet te kiezen voor integrale planmatige invoering van betaald parkeren in de hele stad.
3. De verordening parkeerbelastingen Amstelveen 2025 vast te stellen.
4. Het invoeringsplan betaald parkeren Amstelveen 2025 vast te stellen.
Voor- en tegenstemmen en waarom
AMENDEMENT SP – Inwoners aan zet
Bij belangrijke besluiten worden inwoners betrokken. Dit kan een eerste aanzet daartoe zijn. Voor gestemd.
AMENDEMENT SP – Bindende draagvlakmeting
In dezelfde lijn. Voor gestemd.
AMENDEMENT BBA – Bijeenkomsten Betaald Parkeren
Altijd goed om, als het is vastgesteld, de burgers erbij te betrekken. Lijkt op een een-tweetje gezien de mede-indieners en een uitruil met de motie over transparantie. Mede ingediend.
MOTIE 50PLUS – Betaald parkeren beslis je samen
Als je het dan al doet dan mogen cijfers nooit leidend zijn. Je moet je altijd af blijven vragen welk doel je middel dient en of het “jouw” wens is of die van de burgers. Voor hen doen we het toch?
MOTIE 50PLUS – Onderzoek zonevrij parkeren (bewoners)vergunninghouders
Spreekt voor zich. Beetje vreemd als je tweemaal voor dezelfde plek moet betalen. Dat loopt aardig op. Flexibiliteit in mobiliteit.
MOTIE Actief voor Amstelveen – Op zoek naar bezoek
In het voordeel van bewoners? Doen: het draait immers niet om het geld. Mede ingediend.
MOTIE Actief voor Amstelveen Parkeren met vergunning
In lijn met onze motie. Alhoewel volledig vrij parkeren ons niet haalbaar lijkt zou het wel prachtig zijn als dat zou kunnen. Immers ook tegen het principe van betaald parkeren invoeren. Voor gestemd.
MOTIE VVD – Transparantie waarborgen parkeerdrukmeting
In samenhang met het amendement als een-tweetje. Uiteraard voor transparantie, maar dat spreekt voor zich. Via een motie lijkt ons dat overbodig en, tegen hoge kosten, meer een motie voor de bühne.
4.4
MOTIE VREEMD AAN DE ORDE VAN DE DAG – Met taal thuis in Amstelveen D66
50PLUS Amstelveen onderschrijft de constateringen en overwegingen volledig. In onze ogen gaat het hier echter meer om een eigen verantwoordelijkheid. Ons lijkt het logisch dat de taal leren op voorhand wenselijk zou zijn, maar in ieder geval bij aankomst.
Echter gezien onze internationale scholing, tweetalige informatie en zelfs in vele winkels al Engels als voertaal wordt gehanteerd lopen we hier achter de feiten aan.
Onderzoeken en geld hieraan uitgeven zal aan de feitelijke situatie niets veranderen. Met andere woorden: deze motie zal in onze ogen het geschetste probleem niet verhelpen. Tegen gestemd.
MOTIE VREEMD AAN DE ORDE VAN DE DAG – Amstelveen tegen de huurverhoging! 5% SP
50PLUS Amstelveen vraagt zich af waar dit signaal toe dient c.q. wat het zal opleveren? Dit is een landelijk issue. Wij maken ons grotere zorgen om de huurverhogingen in het middensegment (7,7%) en vrije sector (van 4,1%).
Naast een hoger percentage telt het extra hard door omdat dit percentage ook nog eens over een hoger bedrag wordt berekend. Hierdoor lopen de huren nog verder uiteen. En deze groepen krijgen geen huurtoeslag en kunnen ook na pensionering vaak niet terug naar een sociale huurwoning. Deze worden dus indirect dubbel gepakt! Tegen gestemd.